Kerstbeschouwing:
DE ERFENIS VAN HET
LICHT
JESUS, LIGHT OF THE WORLD |
God stelt tekenen, en getuigt daardoor van Zijn Tegenwoordigheid
en Zijn Werken. Het feit dat zielen God „in normale omstandigheden“ noch kunnen
zien noch kunnen horen, is niet toe te schrijven aan het feit dat Hij niet zou
bestaan, doch aan het feit dat de zielen sedert de erfzonde niet meer de
heiligheid bezitten die noodzakelijk is om Gods Tegenwoordigheid spontaan te
kunnen waarnemen. God wil Zich niettemin niet helemaal aan de waarneming van
Zijn schepselen onttrekken, want dit zou niet in overeenstemming zijn met Zijn
volmaakte Liefde. Derhalve stelt Hij tekenen, dagelijks ontelbare malen, en
tracht hierdoor de zielen te stimuleren op hun weg naar de heiliging, de
weg naar Hem terug. Precies om dezelfde reden onderricht Maria de Meesteres van alle
zielen hoofdzakelijk via gelijkenissen, herkenbare beelden met een diepgang
waarin zich tekenen en betekenissen verbergen, die rechtstreeks verwijzen naar Gods
Werken en Zijn bedoelingen ten gunste van Zijn Schepping.
Een Goddelijk Teken was ook de ster van Bethlehem. God liet
aan de hemel een Licht stralen, waarvan de bewegingen alle wetten van de
astronomie leken te tarten, want noch een ster noch een meteoriet gedraagt zich
zoals de getuigen van het gebeuren rond Bethlehem in dit Teken van Licht het
konden waarnemen. God toonde de wereld de ster van Bethlehem als stille
aankondigster van het Nieuw Verbond in de gedaante van Zijn
Zoon, de Verlosser der mensenzielen. Een Hemels Licht als
Boodschapper van Gods grootste Werk sedert de Schepping... God
liet inderdaad ook te Bethlehem via een enigszins gecodeerd beeld iets van Zijn
verheven bedoelingen duidelijk worden: De mensenzielen moesten uit hun
duisternis worden weggeleid, en wel door het “Licht der
wereld“, de Messias en Verlosser, Jezus Christus.
God had de mensenziel voorzien als Zijn meesterwerk. Dit
meesterwerk moest een herkenbaar bouwwerk van God zijn, dat zou worden
opgetrokken uit bouwstenen die op hun beurt bestaan uit de drie essentiële grondstoffen van de
heiligheid: Liefde, geloof en hoop. Door de erfzonde en de ontelbare daarop volgende dagelijkse
zonden was de Liefde ingeruild
tegen de zondigheid, het geloof (= het innerlijk Licht) tegen de
duisternis der dwaling, en de hoop (= de innerlijke Vrede) tegen het
verlies van de innerlijke Vrede, die de ziel slechts kan bezitten in de mate
waarin zij nog de uiteindelijke bestemming van een levensreis in de Eeuwige
Gelukzaligheid in het vooruitzicht heeft.
Wij christenen weten allen dat Kerstmis het Geboortefeest
van de Goddelijke Verlosser is. Wat sommigen onder ons echter
niet meer zo precies begrijpen, is, wat Kerstmis in de diepte te betekenen heeft? Welk verschil
heeft de Geboorte van Jezus Christus in mensengedaante voor de mensheid en voor
de individuele zielen gemaakt? Deze vraag kan nauwelijks in mensentaal worden
beantwoord, precies omdat het een zo onbegrijpelijk verheven Mysterie
betreft. Het wordt zo licht uitgesproken: „Jezus Christus heeft ons verlost“.
Beseft echter elke christen werkelijk wat deze woorden betekenen? Kan elke ziel
zich voorstellen wat het zou betekenen, voor alle eeuwigheid gescheiden te
moeten blijven van God, de Eeuwige Liefde, de Boom des Levens, de Bron
van haar eigen bestaan? Ooit gaat dit leven op aarde voorbij, en wat staat
de ziel dan te wachten? De Geboorte van Jezus Christus heeft het verschil
gemaakt:
·
Tussen een leven in de eeuwige duisternis als erfenis van een eindeloze
aaneenschakeling van dwalingen die elk waar geloof in God als Bron van alle Geluk in
het nooit dovende Licht van het volle besef van de Waarheid
doodt, en een leven in het Licht van de Eeuwige Gelukzaligheid;
·
Tussen een leven in eeuwige uitzichtloosheid, angst en nooit
eindigende kwelling vanwege
een nooit overbrugbare kloof naar de Bron van alle Liefde, en een leven in de
volmaakte innerlijke Vrede van de ziel die weet dat Gods Rijk in
haar geboren kan worden, en die derhalve weet dat elke hoop gerechtvaardigd is zolang de ziel ten
volle rekening houdt met Gods medewerking aan de opbouw van haar
levensweg;
·
Tussen een leven in ongeneeslijke en nooit
vergeven zondigheid met nefaste gevolgen die eeuwig
voortduren, en een leven in de Ware Liefde
van de ziel die voor alle eeuwigheid mag ondervinden hoe onbeperkt God Zich
uitstort in de ziel die zich in vurige zelfverloochening aan Hem, en al haar
medeschepselen heeft weggegeven.
Licht, Vrede en Liefde: de erfenis van het Nieuw Verbond in drie
woorden. Elke mensenziel is erfgenaam van het Nieuw Verbond. Om deze
Goddelijke erfenis in de eeuwigheid te gelde te maken – of nog preciezer
uitgedrukt: om deze overeenkomstig de Wet van Gods Gerechtigheid te gelde te kunnen maken – moet de individuele ziel de
drie bestanddelen van die erfenis met volharding in haar eigen
leven willen inbouwen. In klare taal uitgedrukt, betekent dit dat ieder
van ons ernaar moet streven, de beleving van de Ware Liefde, van de ware
innerlijke Vrede en van het ware Licht in het eigen dagelijks leven te
vervolmaken en de vruchten ervan om zich heen te verspreiden. De
ziel die de kwaliteit van deze drie categorieën van bouwstenen van haar
zielentempel onophoudelijk tracht te verbeteren, verandert
geleidelijk aan in een burcht van heiligheid. Laten wij even
beschouwen hoe dit komt:
·
De Liefde is bij uitstek de kracht van God, de
essentie van het Goddelijk Leven. Zij is de gesteldheid door dewelke de ziel er
zich volkomen onzelfzuchtig voor inzet, de levenskracht en het gevoel van
welzijn van haar medeschepselen voortdurend te verhogen. Deze bestreving
koestert zij eveneens jegens God Zelf, hoewel Gods levenskracht en Zijn welzijn
helemaal niet kunnen worden verhoogd, want deze zijn in Hem absoluut volmaakt.
De ziel in de gesteldheid van Ware Liefde kan echter niet anders dan zich
totaal onzelfzuchtig inzetten voor alles buiten haar, opdat het elk wezen
(zelfs God inbegrepen) beter moge gaan. Deze aandrift wordt onweerstaanbaarder
naarmate de heiligheid in de ziel groeit.
·
Het geloof is de gesteldheid van de ziel die haar
leven en haar hele gedrag opbouwt op de rotsvaste overtuiging dat God
bestaat en dat
Hij onophoudelijk bezig is, via alle denkbare wegen en middelen – zij het wel
met inachtneming van de grenzen die Zijn Gerechtigheid en de zo vaak anders
georiënteerde handelingen en bestrevingen van de zielen Hem stellen – het
(eeuwig) welzijn van alle schepselen te bevorderen. Het geloof kan derhalve
worden beschouwd als het innerlijk Licht dat de ziel moet beletten, zich
ongebreideld volgens zelfgemaakte wetten te gedragen. Wetten die zielen voor
zichzelf maken ter verwezenlijking van hun eigen doelstellingen, leiden deze
zielen weg van het alles bestralend Licht van God, en voeren
hen de duisternis in.
·
De hoop is de gesteldheid door dewelke de ziel
kan denken, voelen en handelen alsof zij reeds elke beproeving had bedwongen,
die haar ervan zou kunnen weerhouden, haar eeuwige bestemming bij God te
bereiken. De ware hoop laat de ware innerlijke Vrede in de ziel wortel
schieten, want de ziel in de staat van ware hoop weet met zekerheid dat God
haar draagt in elke beklemmende situatie van het dagelijks leven, en dat de duisternis
en alle lijden nooit het laatste woord hebben, doch dat
de ziel deze integendeel kan omsmeden tot werktuigen die haar het Heil kunnen
helpen bezorgen.
Kerstmis is de Geboorte van Christus, de Eeuwige Liefde, het Licht
der wereld, de Vredevorst. Jezus is in mensengedaante geboren, opdat elke
mensenziel dank zij de vrucht van Zijn volmaakt heilig leven de verloren
Goddelijke erfenis opnieuw zou kunnen aanvaarden. De ware schoonheid van het
Nieuw Verbond ligt echter precies hierin, dat God met grote nadruk alles samen
met de ziel wil
verwezenlijken. Hoe zou het Hem veel vreugde kunnen verschaffen, de wereld en
de mensheid helemaal door Zijn eigen kracht om te vormen? Hij weet immers Zelf
dat Hij dit zou kunnen, het ontbreekt Hem daartoe niet aan macht. Gods
scheppende macht komt echter pas goed tot uiting wanneer de mensenziel volkomen
vrijwillig de stap zet om zich ten volle bij Gods voornemen
aan te sluiten. In dat geval is elke omvorming geen eenvoudige Goddelijke
handeling, doch wordt zij tot een vrucht van de bruiloft tussen God en de
ongeremde Liefde van een schepsel voor zijn God. Het is deze Liefde, die de
vrije menselijke wil opent en deze ertoe beweegt, Gods macht waarlijk ten
uitvoer te helpen leggen. Zo heeft God het in Zijn Wijsheid beschikt als de
basiskracht van elke verandering op aarde.
Onze wereld is heel duister geworden. Dat is zij weliswaar reeds sedert de erfzonde, doch de huidige
duisternis wordt door God zo mogelijk als nog veel pijnlijker ervaren dan deze
in het tijdperk tussen de zondeval van de eerste zielen en de Geboorte van de
Verlosser in menselijke gedaante, omdat de mensheid zich sedert die Geboorte op
het volmaakte Licht van het Voorbeeld van Christus kan richten. De ster van
Bethlehem was Gods Teken dat het Licht van God in de wereld zou komen en in elke mensenziel de kiem van
de heiligheid opnieuw zou aansteken. Op ieder van ons rust de heilige
plicht, Jezus Christus na te volgen in het Voorbeeld van Zijn
Leven en Zijn Leer, die ons in het Evangelie is nagelaten en die ons in
de Wetenschap van het Goddelijk
Leven in de diepte wordt
verklaard. Kerstmis is derhalve voor elke ziel een Goddelijke oproep om
er alles aan te doen, de drie soorten bouwstenen in hun tempel naar hun
voltooiing te brengen: de ware onzelfzuchtige Liefde,
het Licht van het rotsvast geloof,
en de innerlijke Vrede (= de Vrede van Christus!) van de onwankelbare hoop.
De ster van Bethlehem was meer dan een Teken door hetwelk de
Wijzen uit het Oosten Christus vonden: Zij was een uitnodiging aan de
christenen van alle eeuwen om zich zo vast op God te richten dat ieder van
hen zelf een Licht zou worden. Er is geen andere weg om de duisternis
van onze wereld te beschamen. Onze wereld was nooit bedoeld om
een oord van duisternis te zijn. Niet God heeft de wereld laten vervallen tot
een dergelijk oord, doch de mensenzielen, die het gebruik van hun vrije wil
zodanig van richting hebben veranderd dat de Liefde, het Licht van het ware geloof en de innerlijke Vrede van de ware hoop werden
prijsgegeven aan de meest uiteenlopende goddeloze invloeden uit
de wereld. Kerstmis moet derhalve elke ziel uitnodigen om opnieuw geboren
te worden als ware volgeling van Christus, en de
erfenis van het Nieuw Verbond eindelijk echt te aanvaarden, want daarin ligt de
eerste levensroeping van elke ziel. Naarmate de ziel ernaar streeft om deze
roeping werkelijk vorm te geven, zal deze erfenis haar waarlijk in het Eeuwig
Leven ter beschikking worden gesteld.
BRON: uit de onderrichtingen van het Maria Domina Animarum Apostolaat:
(zie onderrichtingen:meditaties)
(zie onderrichtingen:meditaties)
Mooi verwoord dank u en niet moeilijk te vatten voor die het willen vatten .
BeantwoordenVerwijderen