MATIGHEID:
Een onderrichting
over de deugd van de matigheid:
Matigheid is een deugd
die alles te maken heeft met het vermogen tot onthechting van materiële
dingen, dus het vermogen om de behoeften van de ziel voorrang te
geven op de behoeften van het lichaam, die vaak schijnbehoeften
zijn. Uw lichaam kan met veel minder rondkomen dan de hoeveelheid materiële
middelen die u het gewoonlijk toevoert. Doordat de zintuigen onder allerlei wereldse
invloeden een ongekend aantal behoeften voelen, is de mens gemakkelijk
geneigd tot overdaad in de bevrediging ervan. Wanneer deze
overdaad tot een geregeld terugkerende neiging wordt, kunnen wij spreken
van gulzigheid. In feite is overdaad reeds alles wat verder gaat dan
datgene wat uw lichaam strikt nodig heeft om te leven.
Eén van de meest
sprekende voorbeelden van overdaad of onmatigheid is alcoholisme, drankzucht: het
veel meer drinken (en dan nog van een drank die verslavend kan
werken) dan nodig om de dorst te stillen. Een ander voorbeeld is vraatzucht: het
veel meer eten dan nodig om de honger te stillen of het lichaam behoorlijk te
voeden. Een veelvuldig voorkomende vorm van onmatigheid, die de vorm van
verslaving kan aannemen, is snoepzucht, de hang naar
suikerwaren en gelijkaardige producten die weinig voedingswaarde bezitten doch
zeer veel mensen vangt in de strikken van onmatigheid, vaak uit een ongezonde
drang naar compensatie voor bepaalde emotionele ongeregeldheden,
complexen, verdriet enzovoort. Bij onmatigheid geeft de mens blijk van het feit
dat hij niet in staat is om te voelen wanneer de grens
wordt bereikt van datgene wat goed is voor hem. Matigheid is een
uiting van de intelligentie die God in uw lichaam heeft ingebouwd om u tijdig
te waarschuwen tegen schade die u uzelf kunt toebrengen. U zou onmatigheid
kunnen beschouwen als het negeren van het regelmechanisme
dat God uw lichaam heeft gegeven. In dat opzicht is onmatigheid dus ook een
zonde tegen Gods Wijsheid.
Onmatigheid is een
onvermogen om lichamelijke behoeften te bedwingen. Dat geldt ten
aanzien van voedselopname, drank, roken, gebruik van medicijnen en zelfs van
drugs, en ook ten aanzien van seksuele behoeften: Een bovenmatige seksuele
drift die niet onder controle wordt gehouden, is een vergevorderde vorm van
onmatigheid, die onder andere kan leiden tot verkrachting en
tot ongewenste intimiteiten.
Onmatigheid kan zich
ook manifesteren door de neiging om uw medemens te verleiden tot gulzigheid,
tot overmatig eten of drinken, tot roken terwijl hij daar niet echt voor voelt,
enzovoort. Ik wil ook wijzen op de ondeugd in het verschijnsel waarbij u een
medemens aanzet tot ongezonde gedragsverandering doordat u in het openbaar
opschept over bepaalde gewoonten (bijvoorbeeld op het seksueel vlak) waaraan
deze medemens niet voldoet, zodat hij zich 'abnormaal' begint te voelen en
daarom poogt te volgen wat hij op grond van uw uitspraken meent dat
u zelf als norm ziet (zelfs al is dit niet zo.) Op basis van dergelijke
praatjes laten sommige mensen zich inderdaad tot ondeugd verleiden.
Matigheid is één van
de grote deugden die pleiten voor bezieling door Gods Geest. Om die reden is
elke aansporing van een medemens tot onmatigheid breed genomen te
beschouwen als een zonde tegen de Heilige Geest. U ontwricht
daardoor het denken, voelen en de hele levensbeschouwing van een
mens die in zich reeds de weg had gevonden om zich tegen de verleidingen en de
greep van de wereld af te zetten.
BRON: Maria Domina Animarum Apostolaat
(Zie
onderrichtingen: boeken: Lentebloesems aan de levensboom.)
“Drankfestijnen bij jongeren monden soms uit op dramatische afloop voor bepaalde deelnemers…” |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.