VADERSCHAP VAN DE EEUWIGE VADER:
tweede zondag van
juni (Vaderdag)
“de Eeuwige Vader, de Schepper van alle dingen en alle zielen.” |
Vandaag gedenken wij onze vaders. De Vader van alle vaders, de
Eeuwige Vader, de Schepper van alle dingen en alle zielen,
wordt op deze dag echter gemakkelijk vergeten. Dat komt doordat de ziel
zich gewoonlijk slechts verheugt over datgene wat voor haar op zintuiglijke
wijze waarneembaar is en haar bovendien aanleiding tot vreugde
geeft. Eigenlijk zijn deze beide voorwaarden juist op de Eeuwige Vader in
een hogere mate van toepassing dan op wat dan ook in ons leven:
Is de Eeuwige Vader niet waarneembaar? Het hangt ervan af, op welke wijze de ziel haar leven en haar
leefwereld pleegt te bekijken. Concreet in het leven van de ziel aanwezig is
eigenlijk in de eerste plaats datgene, wat zich diep in haar tracht uit te
werken. Niets doordringt de ziel méér en dieper dan God. Veel in ons
dagelijks leven is voor ons concreet waarneembaar, doch is ons veel minder tot
nut dan onze wereldse behoeften ons graag laten geloven. God daarentegen, heeft
elke vezel van ons wezen van Zichzelf vervuld. Of wij Zijn inwoning wel
merken, en in welke mate, hangt af van de mate waarin wij vergeestelijkt,
dan wel in de wereld geworteld leven, alsook van wat wij als zin en
doelstelling van ons leven beschouwen. Leeft de ziel gericht op
haar roeping als kind van God, en leeft zij derhalve uiteindelijk
eerder voor datgene wat na dit aardse leven komt, dan zullen God
en Zijn Werken ook in de kleinere dingen van het dagelijks leven de
spil zijn, die haar in alles drijft. God is dan voor de ziel een concrete
realiteit, ook wanneer zij niet met de mystieke gewaarwording van
Zijn Tegenwoordigheid is gezegend.
1.
Is de Eeuwige Vader voor de ziel geen
aanleiding tot vreugde? Ook dit is een kwestie van invalshoek
vanuit dewelke de ziel kijkt. Zonder God leeft de ziel niet eens. Elke
seconde van haar leven wordt door Hem bezield. Gewoonlijk is het leven op
aarde, vanuit de waarneming van de ziel, geen bron van vreugde. De wereld is
duister, en kan dus nauwelijks iets anders dan duisternis voortbrengen.
Niettemin beseft de ziel die zich niet door werelds denken doch door
Gods Geest laat leiden, dat elke beproeving een kind van de Ware
Liefde van God is. De meeste beproevingen worden niet door God
teweeggebracht, doch Hij laat hen meestal toe, omdat voor Hem slechts één ding
belangrijk is: Hij verlangt er intens naar, elke ziel voor eeuwig bij Zich
in de Gelukzaligheid te hebben. Daartoe moet zij echter haar aandeel
in de voltooiing van Gods Heilsplan volbrengen, d.w.z. Jezus
Christus navolgen in de volheid van wat Hij de zielen door Zijn Leven
en Zijn Woorden heeft geleerd – in de kruisen, en in de Ware onzelfzuchtige
Liefde. Welk groot teken van
Gods almacht: Alle wereldse
duisternis wordt door Hem omgevormd in eeuwig Licht,
in de mate waarin de ziel in haar hart reeds “een voorontwerp van de
voltrekking van deze omvorming uittekent” – door liefdevolle,
vertrouwensvolle aanvaarding en toewijding.
Wanneer de ziel meent dat God haar geen aanleiding tot vreugde
geeft, heeft zij van Gods Werking en Zijn doelstellingen nog niets begrepen.
God bereidt niet slechts elke ziel vreugde, Hij is Bron van
alle vreugde. Ontbreekt het de ziel aan het
vermogen, in haar hart de beproevingen van het leven vanuit een Hemelse invalshoek te beschouwen, dan zal zij
nooit inzien wat God werkelijk voor haar, voor haar leven en voor de hele
Schepping betekent. In dat geval zal God voor de ziel ofwel een onbelangrijke
Factor zijn (niet zelden laat God de ziel volkomen onverschillig) of houdt zij
Hem zelfs voor de grote Schuldige, die ofwel zo onverschillig is dat Hij alle
duisternis op aarde zo maar laat begaan, ofwel de duisternis zelfs Zelf
teweegbrengt.
In andere gevallen houdt de ziel God voor de grote Hindernis op de
weg van een onbeteugelde beleving van alle ondeugd. Laten wij slechts
denken aan de grote dwaling van het liberaal denken, volgens hetwelk de
traditionele christelijke waarden “een onbelemmerde beleving van de vrijheid
van het individu in de weg staat”. Voor wie zijn leven leidt tegen de
achtergrond van deze dwaling, is Gods Aanwezigheid geen vreugde doch een
aanstoot, die zo spoedig en zo grondig mogelijk uit het eigen leven en uit het maatschappijbeeld
moet worden verwijderd. “Vrijheid” is geen ware vrijheid wanneer zij voortvloeit uit
ongebreidelde beleving van allerlei ondeugd en een nastreven van de bevrediging
van louter wereldse behoeften, een dergelijke vrijheid is in werkelijkheid de
handtekening onder het doodsvonnis voor het Eeuwig Leven, dus onder een akte
van eeuwigdurende slavernij jegens de duisternis.
Dergelijke dwalingen zijn uitermate pijnlijk, omdat zij:
·
Net het tegenovergestelde van de werkelijkheid
zijn.
·
Op een verblinding zijn gebaseerd, die de
duivel in de zielen tracht op te wekken opdat zij de Ware Liefde niet meer
zouden herkennen en zij in het wereldse zouden wegzinken zoals in
drijfzand waaruit zij zich nog slechts moeilijk kunnen bevrijden. De
verblinding met betrekking tot Gods Werking is wellicht de meest verspreide en
diepst gewortelde bron van geloofsverlies onder de zielen, en derhalve
één van de succesrijkste vormen van gif, dat de duivel de kinderen Gods
dagelijks tracht toe te dienen. Hij wint hierdoor ontelbare zielen voor zich,
want het betreft hier een verblinding waarvan de meeste zielen zich
nooit bewust worden.
God is de Vader van alle dingen en alle zielen. Zijn zaad is de kiem waaruit alle leven ontspringt,
en dat drager is van het innerlijk programma volgens hetwelk het leven zich in
zijn oneindig verschillende eigenheid ontwikkelt. In dit programma is reeds datgene
voorzien, dat het levend wezen nodig heeft om de hoogste mate aan
vruchtbaarheid en nut binnen Gods Heilsplan te verwezenlijken. Het zaad van de
Eeuwige Vader vormt derhalve de blauwdruk van de volmaakte Liefde. De Liefde is
de enige Bron van alle leven en van alle vreugde. De uitwerkingen
van de Liefde zijn niet steeds meteen merkbaar. Het behoort echter tot de
levensopdracht van elke ziel, zo te leren kijken, voelen en denken,
dat zij dank zij de volle benutting van het Goddelijk Levensprogramma in zich,
kan leren leven in de stille zekerheid dat al
het Goddelijke zich ooit in
zijn volheid waarneembaar uitwerkt, soms nog tijdens ons leven hier, vaker nog
nadien.
Laten wij dit Hemels bewijs van Gods Vaderliefde, dat de Hemelse
Koningin ons vandaag heeft willen geven, dankbaar aannemen en overwegen,
uit Liefde tot onze Vader in de Hemel, Die alles
uitsluitend voor ons Eeuwig Geluk heeft gemaakt, doch wiens
geschenken door de meeste zielen nauwelijks worden herkend en ook slechts door
een minderheid echt worden gewaardeerd.
BRON tekst: onderrichtingen van het Maria Domina
Animarum Apostolaat: (zie onderrichtingen:Sluier van goud.)
AANBIDDING:
Er ligt een
grote kracht in de aanbidding, in het eren van God. Het
behoort tot het hart van het evangelie, want aanbidden kan alleen
hij, die zijn knieën buigt voor God, die weet dat hij zelf niets
te betekenen heeft en dat God de Allerhoogste is. Laten we daarom
God aanbidden, ook in de diepste nacht en Hem in iedere situatie verheerlijken!
“ Ik zag hoog in de hemel een engel vliegen. Hij
had een eeuwige boodschap voor alle mensen op aarde, voor alle
volken en stammen en landen en talen. Hij
riep luid: "Heb ontzag voor God en eer Hem! Want het
moment is gekomen dat Hij gaat rechtspreken! AANBID Hem die de
hemel, de aarde, de zee en de waterbronnen heeft gemaakt!"
(Openbaring 14:6-7)
ONS VERENIGEN IN AANBIDDING
MET HET HEMELS HOF:
Wanneer onze aanbidding zelfs
haar uitwerking heeft op de machten der duisternis, hoeveel te sterker zal deze uitwerking dan in de hemel zijn.
Als wij God de Vader, Jezus en de H.Geest aanbidden, en Maria vereren, is het
plotseling alsof alle engelen en
heiligen meezingen. Want de gemeenschap daarboven die zonder
ophouden God prijst, wacht er slechts op dat wij ons daarin met
haar verenigen. Omdat aanbidding een hemelse bezigheid is, worden onze
harten daardoor blij en sterk. Wij zijn als het ware naar de
hemel verplaatst, waar engelen en heiligen leven in de altijddurende aanbidding
van God! Moge ons zingen en bidden samen met de hemelse koren als een machtige
lofprijzing tot Gods troon opstijgen.
"Heer, alle macht en eer
en kracht is voor U.... Dat bent
U waard. Want U heeft alles gemaakt. Alle dingen zijn er omdat U wilde dat ze
er waren en omdat U ze heeft gemaakt." (Openbaring 4: 11)
“Want de gemeenschap daarboven in de hemel die zonder ophouden God prijst, wacht er slechts op dat wij ons daarin met haar verenigen.” |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.