JEZUS IN DE
WOESTIJN
(40 dagen)
“De woestijn symbool voor vergeestelijking, het sterven aan de wereld en aan zichzelf. De ziel komt tot inkeer, het innerlijk leven verscherpt zich.” |
Na Zijn Doopsel trok Jezus, gedreven door Gods Geest, naar
de woestijn, en verbleef daar veertig dagen. Hier stelt Jezus
alle zielen een grote les. De woestijn is een relatief leeg landschap. Daarom
staat zij symbool voor:
·
Onthechting van al het wereldse, van overmaat aan zintuiglijke indrukken;
·
Ontbering en offers, wegens de geringe
voedselvoorraden en het extreme klimaat;
·
Strijd tegen alle mogelijke gevaren van
buitenaf (gesymboliseerd door slangen, schorpioenen en roofvogels.) Op het
spiritueel gebied staan deze symbool voor bekoringen;
·
Strijd tegen de inwendige vijanden: de
leegheid en stilte leveren de ziel uit aan de volheid van het innerlijk leven, waarbij de eigen zwakheden en
fouten sneller aan het licht komen (bewust worden.)
Om al deze redenen staat het verblijf in de woestijn symbool
voor vergeestelijking, het sterven aan de wereld en aan zichzelf.
De ziel komt tot inkeer, het innerlijk leven verscherpt
zich. De ziel is dus alleen met zichzelf, met God, en met de duivel. Precies in het
innerlijk leven echter, ontplooit de ziel zich volledig en kan zij tot
reiniging in de diepte, en tot heiliging komen.
God onderstreept via het verblijf van Jezus in de woestijn de
stelling van de Meesteres van alle zielen, die reeds bij herhaling wees op de
wegen langs dewelke de satan de zielen aanvalt. Hij wijst hier op drie van de
belangrijkste:
·
Bekoring tot materialisme, gehechtheid
aan al het wereldse: Tot
Jezus zegt de satan: “Als Gij
de Zoon van God zijt, beveel dan dat deze stenen hier in brood veranderen”.
Jezus antwoordt hem: “Niet
van brood alleen leeft de mens, maar van alles wat uit
de mond van God komt”. Jezus’
woorden herinneren de zielen eraan, dat zij het ware Leven niet uit het
stoffelijke kunnen halen, doch slechts uit de eenheid met God en de
Liefde voor Zijn Werken.
·
Bekoring tot hoogmoed, tot het
begeren van macht: De satan toont Jezus alle koninkrijken
der wereld en zegt: “Dat
alles zal ik U geven, als Gij in aanbidding voor mij
neervalt”. Jezus antwoordt hem: “De Heer uw God zult gij aanbidden, en Hem alleen dienen". Jezus’ woorden herinneren de zielen
eraan, dat zij zich onder geen enkele voorwaarde mogen laten
verleiden tot het begeren van vergankelijke glorie. Talloze zielen
aanbidden de satan door het nastreven van allerlei menselijke
begeerten, die hen wegleiden van de dienst aan God. Bij elke toegeving
aan een bekoring knielt de ziel in werkelijkheid voor de satan neer. De
uiterste vorm van dienst aan en aanbidding van God is de totale toewijding
aan Maria, waardoor de ziel zichzelf letterlijk aan Gods Werken
weggeeft.
·
Bekoring tot ongeloof: De satan plaatst Jezus op de bovenbouw van een tempelpoort en
zegt: “Als Gij de Zoon van
God zijt, werp U dan naar beneden, want er staat geschreven: ‘Aan de engelen
zal Hij het bevel geven dat zij U op de handen nemen’...”. Jezus antwoordt
hem echter:“Er staat ook geschreven: ‘Gij zult de Heer Uw God niet
op de proef stellen’.” Jezus
herinnert er de zielen aan, dat zij niet aan Gods Werken moeten twijfelen
en er zich geen vragen over moeten stellen.
In Zijn Doopsel en het daaropvolgend verblijf in de woestijn wijst
Jezus op de noodzaak dat de ziel zou verlangen naar het water van
Goddelijk Leven, naar het Vuur van Gods Geest die bezieling en
Liefde in haar stort, en naar reiniging en onthechting van alle sporen die in
haar werkzaam zijn en haar van het Goddelijk Leven kunnen afsnijden. Na Zijn
verblijf in de woestijn zou Jezus Zijn ware Missie als Verlosser van de
mensenzielen beginnen. Elke ziel is ertoe geroepen, het Verlossingswerk van
Jezus in zichzelf aan te vullen en te aanvaarden door haar eigen
beproevingen. Om deze eigen bijdragen vruchtbaar te maken, moet zij de voortdurende
zuivering en onthechting nastreven. Slechts dan wordt elke dag waarlijk een
wedergeboorte. De Meesteres van alle zielen is ons door God gegeven om dit
alles op volmaakte wijze in ons te begeleiden.
BRON: uit de onderrichtingen van het Maria
Domina Animarum Apostolaat: (zie
onderrichtingen: edelstenen der genade)
http://www.maria-domina-animarum.net/“Jezus, gedreven door Gods Geest, verblijft gedurende 40 dagen in vasten en gebed in de woestijn voordat zijn openbaar leven begon!” |
Dit is een meditatie die je stil maakt en te denken geeft. Bedankt ervoor.
BeantwoordenVerwijderenMonique, dat vind ik een zeer juiste conclusie van jou, waarmee ik mij aansluit! Dank en groetjes, frank.
BeantwoordenVerwijderen